Bas Haring is een populaire wetenschapsjournalist die in
dat boek op zoek gaat naar de verschillen tussen mensen, konijnen en
computers. In zijn zoektocht door de
wereld van dier, ding en mens moet hij vaststellen dat wij wellicht in deze
tijd, en vooral ruimte, de allerintelligentste zijn. Wat niet uitsluit dat Bas Haring ook
fantaseert over nog veel meer superintelligente wezen ergens buiten onze tijd
en wereld. In een toegankelijke taal,
rijk aan beelden en voorbeelden, onderzoekt Haring o.a. de werking van ons
brein, het bewustzijn, de al of niet vrije wil,
de gevoelens van de robots en de machines en ook niet oninteressant, de
mate waarin een computer slimmer kan worden dan zijn programmeur. Zo kan de mens een computer ontwerpen op zo’n
ingenieuze manier dat het achteraf moeilijk wordt om die complexe structuur
weer te ontrafelen. Zo worden we slachtoffer
van de intelligentie van de ontwerpers. Interessant
zijn ook zijn beschouwingen over de relatie tussen taal en denken. Hij is ervan overtuigd dat ons brein bepaalt
wie we zijn. Daarbij komt nog dat de
mens wel de werking van de PC begrijpt en kan uitleggen, maar er niet in slaagt
de werking van het eigen geheugen volledig te ontrafelen. Net zoals de vraag of alles wat wij doen wel
onze wil is. Bv. als je een pintje
drinkt, dan wil je bewust af en toe het glas naar je mond brengen. Dat is onze vrije wil. Maar wat als je iemand het leven redt door die
persoon van de weg te rukken als er een auto komt aangereden. Een snelle reactie
die zo bruusk was, dat er nauwelijks vrije wil bij te pas is gekomen. Het heeft ook vooral met benoemen en met taal
te maken Want een duif wil drinken is
een vereenvoudigde manier van zeggen dat de duif de reflex heeft om te drinken
als zij water ziet of dorst heeft. Eigenlijk werkt Bas Haring in zijn boek
geregeld met de omgekeerde matroeskja-benadering. Hij vraagt zich geregeld af wat als er nog
een beter, nog een intelligenter wezen zou bestaan. En zo voert hij geregeld een Marsman op die
met zijn buitenaardse blik op de mens en zijn gedragingen kijkt. En dat kan een verrassende kijk opleveren.
Uit het boek geplukt
p. 59 Er worden oorlogen
gestart op grond van drogredenen en lariekoek.
p.65 De dingen hebben
geen betekenis van zichzelf. Dingen
krijgen betekenis door de rol die ze spelen in ons leven.
p.68 Het is een illusie
om te denken dat de wereld maar één betekenis heeft en dat alleen de mens die
betekenis kent.
P. 111 Vind je het gek
dat wij vinden dat we een wil hebben en geloof, hoop en liefde? We zouden onszelf niet meer begrijpen als we
dat soort woorden niet zouden gebruiken.