donderdag 24 november 2011

Boek: Een Nederlander in de wildernis door LUC PANHUYSEN


Ha, je komt ze overal tegen als je in het buitenland bent,  de Nederlanders.   Het reizen zit hen in het bloed al eeuwen lang.  Robert Jacob Gordon is, ondanks zijn Engels klinkende naam, een Nederlander  geboren in Doesburg in 1743.   Na een intensieve militaire opleiding en loopbaan trekt hij naar Zuid-Afrika op ontdekkingsreis.    U beseft het zelf wel: reizen in die tijd door een onontgonnen gebied waarin mensen leven die wél goed overweg kunnen met de jungle, was avontuurlijk, ja zelfs heel riskant.  En toch, Gordon was een man met een open en nieuwsgierige geest. Gordon wist maar al te goed dat angst een slechte leermeester is en trok met een open vizier naar de volksstammen die zijn pad kruisten. Hij deed inspanningen om hun taal en hun gewoonten te begrijpen, ja zelfs aan te leren.   Daardoor werd hij antropoloog avant la lettre.  Maar niet alleen de mens interesseerde hem, ook de natuur en, meer specifiek, de dieren kregen zijn aandacht.  Zo joeg hij op nijlpaarden (die hij zeekoeien noemde) en Afrikaanse buffels.    Hij was ook een van de eerste ontdekkers van dat dier met een ongelooflijke lange hals; hij noemde ze ‘kameelpaarden’, wij kennen ze inmiddels als giraffen.   Hij wou als dank voor de ondersteuning die hij genoot van stadhouder Willem V, prins van Oranje, absoluut een exemplaar bemachtigen en het aan hem cadeau doen.  Helaas is hem dat niet gelukt: alleen beenderen en schedels heeft hij van het dier kunnen doorsturen.
Dat deed hij trouwens met de restanten van vele andere geschoten exemplaren ook: opsturen naar wetenschappers in Nederland die zijn zoölogische bevindingen ijverig noteerden.
Maar eens Gordon werd opgeroepen om in de Kaap (‘de Kaapse kraal’) een officiële militaire functie waar te nemen, was het gedaan met zijn kommerloze tijd.  Zijn gezondheid begon te kwakkelen. En de schermutselingen en de geschillen met zijn collega's kolonialisten maakten er zijn leven niet aangenamer op.
Hij ging nog liever om met Hottentotten of nam met plezier de benen voor uitgehongerde bloeddorstige bosjesmannen dan te moeten samen werken met zijn militaire Nederlandse broeders.

“Ik sta nog liever ergens het land te ploegen in een afgelegen district..” schrijft hij op 30 juni 1784

Was die man getrouwd? Jawel, met Suzanne Nicolet die hem vier zonen schonk.  In 1795 overleed hij.  Hoe?  Sommige geheimen ontdek je beter zelf als je het boek leest.