donderdag 26 januari 2012

Boek: Bekentenissen van een jonge romanschrijver



Een wetenschappelijk werk zou gemakkelijker lezen als het zou geschreven zijn in de stijl van een whodunit.  Dat is een interessante stelling van Umberto Eco, en hij heeft gelijk.  Een schrijver moet niet alleen naar ideeën zoeken, maar ook naar beelden en woorden om zijn verhaal aantrekkelijk voor te stellen.   Als schrijver loopt Eco met een dictafoon rond, want zijn invallen spreekt hij in tijdens zijn wandelingen die soms ’s nachts plaatsvinden.  Eco verklaart het verschil tussen poëzie en proza als volgt: proza blijft bij het onderwerp en het woord zal volgen, terwijl bij poëzie het gedicht bij de woorden blijft en daarna volgt het onderwerp wel.

Als schrijver wil Eco de ruimte goed in detail weergeven.  Als romanschrijver is zijn beginpunt een rudimentair idee of beeld dat de constructie van de narratieve wereld, dus de stijl van de roman, bepaalt.

‘Restricties zijn fundamenteel voor elke artistieke onderneming’, schrijft Eco.  Zelfs de avantgardekunstenaars die beperkingen uit de weg lijken te gaan, creëren gewoon andere beperkingen, die niet worden opgemerkt.

De tekst laat de lezer het werk doen: er is de intentie van de auteur, er is de intentie van de lezer en die van de tekst. 

Interessante stellingen allemaal die Eco presenteert in zijn typische stijl die niet gespeend is van wat intellectueel woordgebruik.  Zo gebruikt hij het begrip ‘fluctuerende personages’: dat zijn personages die een eigen leven leiden buiten hun oorspronkelijke partituur van de tekst. 
Verder wijst Eco op een curieus fenomeen, nl. dat gelovigen (bv. katholieken) ongelovig handelen en denken als ze beweren dat hun eigen godsdienst de enige echte is of op het ogenblik dat ze kritiek hebben op de islam bv.

Eco houdt ook van lijstjes, ook al omdat enumeraties, (een moeilijk woord voor ‘opsommingen’) niet chaotisch zijn. Hij heeft een voorkeur voor boekenlijstjes en is ook niet bang om lange opsommingen in zijn boek te gebruiken.    Voor Umberto Eco blijven ‘lijsten: een plezier om te lezen en te schrijven’