Schaduw
van mijn lippen,
Laatste
woord dat in
De
grond verdronk,
Kon
ik die nacht van aarde
Van
je lichaam lichten;
Een
spade werd bij een prieel
Gelegd
en blonk.
Nachtroos
in een dodentuin,
Boeket
en schimmel, kelder
Vol
voetsporen en wind,
Ik
leg een mes nog in je kist
En
loop de warme regen in.