dinsdag 2 december 2014

Woordenboek van jargon en slang


MARC DE COSTER schreef een woordenboek van jargon en slang.  Het woord ‘jargon’ gebruikten de mensen al in de veertiende eeuw in de betekenis van getjilp, gekwetter van vogels. In de negentiende eeuw dook het dan op in de betekenis van verwarrende taal of gespecialiseerd taalgebruik. De grens tussen jargon en slang is moeilijk te trekken, schrijft de Coster in het voorwoord, maar volgens hem ontstaat slang “uit zucht naar vernieuwing en uit afkeer van het conventionele woord.” Jargon kunnen we dan beschouwen als een taalgebruik dat heel specifiek is voor een beroep. In zijn boek behandelt hij Marc De Coster het slang of jargon van o.a. beursspeculanten, havenarbeiders, journalisten, matrozen, junkies en dealers, politici en ook muzikanten, deejays en popliefhebbers.   Ondertussen weet iedereen wat een aanradertje is, maar als je nu uiteindelijk wil weten wat acid house, -jazz, -junk, - rock of -punk zijn, dan krijg je in dit boek een verklaring.   Oh ja, deze genres worden geassocieerd met ecstasy, de drug weet je wel.  En wist je wat een bretelpiano is?  Dat is een spotnaam uit de jaren 50 die verwijst naar een accordeon. Of er is het woordje ‘Def’ dat een afkorting is van ‘definitely good’, uitstekend dus.   In Nederlandse muziekbladen kan je zinnen vinden met daarin het woord ‘def’ als adjectief voor uitstekend.   En als je het begrip ‘Do-mol’ hoort dan hebben muziekspecialisten het over een valse noot.
Verrijk je woordenschat en grasduin in dat naslagwerk over slang en jargon.