Honderd zoenen: 100 onvergetelijke
kussen uit de poëzie
Een kus (van Toon tellegen)
‘Zal ik je eens een levensgevaarlijke
kus geven?’
Ze ging op haar tenen staan, legde
haar hand in mijn nek
En gaf mij een levensgevaarlijke kus,
Zo’n kus die aan een zijden draadje
hangt
En heen en weer zwiept, om zijn as
tolt en wegschiet –
Ik kon hem niet tegenhouden, ik riep,
zwaaide met mijn armen,
Holde hem achterna –
Zo’n kus die zich omdraait
En aanlegt, iets hoger, iets lager,
Zo’n dodelijke kus