Paul Auster schreef met Het boek der illusies (2002) een magistrale roman. Waarom magistraal?
Het verhaal deinst
niet terug voor dramatische gebeurtenissen: het begint met het verdriet van een
literatuurwetenschapper, David Zimmer die zijn geliefde vrouw en twee schatten
van kinderen verloren heeft in een vliegtuigongeval. Gevolg: ongelooflijke tristesse en rouw bij
de man, die wat flirt met een depressie en alcoholisme. Tweede gevolg: de man heeft onvoorstelbare en
ongeneeslijke vliegangst.
Waarom dit boek
nog magistraal is? Het prikkelt de lezer
die uit een roman wat weetjes wil halen, want de hoofdfiguur, de treurende
literatuurwetenschapper, geraakt in de
ban van een van de belangrijkste werken van de Franse literatuurgeschiedenis,
nl. Mémoires d’outre tombe van
Chateaubriand. De
literatuurwetenschapper, David Zimmer, zet zich aan de vertaling van dit lijvig
boekwerk en af en toe reikt hij de lezer een wijsheid van Chateaubriand aan.
Een derde reden
waarom de roman van Paul Auster magistraal is: de hoofdplot van het boek is
spannend en mysterieus, want onze hoofdfiguur David Zimmer geraakt tijdens zijn
donkere periode erbovenop door de komische zwart wit films te bekijken van een
zekere Hector Mann, een komiek uit de periode van de stomme film, die echter
vergeten is, ook door zijn mysterieuze verdwijning. De literatuurwetenschapper geraakt zo in de
ban van Hector Mann dat hij er een boek
zal over schrijven. Wat blijkt? Tijdens zijn onderzoekwerk blijkt dat diverse
filminstituten in binnen- en buitenland nooit eerder vertoonde films van Hector
Mann hebben ontvangen via de post, maar onder een anonieme zending. Vreemd en prikkelend geheimzinnig, vooral
ook dat onze literatuurwetenschapper op een dag een brief krijgt van een vrouw
die beweert de echtgenote te zijn van de op sterven liggende Hector Mann. Hier smokkelt Auster een sublieme verhaallijn
binnen die de lezer ook in spanning houdt.
Een vierde reden
waarom het boek zo magistraal is: het
boek is in de ik-persoon geschreven en dat zorgt ervoor dat Zimmer een mens van
vlees en bloed is.
Opvallend is ook
dat de ik-figuur niet alles aan de neus van de lezer wil hangen: zo schrijft
Zimmer over zijn samenzijn met zijn nieuwe vriendin: Eerst werd er gezoend, daarna heel intiem over onze gemoedstoestand
gepraat… de lezer hoeft niet te weten wat er allemaal gezegd werd.
Weetjes uit het boek
Nathaniel Hawthorne heeft een verhaal geschreven onder de titel ‘Wijnvlek’.
Ook in dit boek
weerklinkt muziek, namelijk een strijksextet in b klein van Brahms
Uit het boek
geplukt
p. 13 Als een mens niets heeft om naar uit te kijken,
kan hij evengoed dood zijn
p. 18 hoe dichter de film het simuleren van de
werkelijkheid benaderde, hoe erger hij faalde in het afbeelden van de wereld –
die evenzeer in ons is als om ons heen
p. 66 Vertalen is een beetje als kolen scheppen. Je
schept ze op en smijt ze in de kachel.
Elke kool is een woord, en elke volle schep is weer een zin, en als je
rug maar sterk genoeg is en je het uithoudingsvermogen hebt om het acht of tien
uur aan een stuk te blijven doen, dan kun je het vuur gloeiend houden.