Een van de grootste
verhalenschrijvers uit de Russische literatuur is Anton Tsjechov. En een van de grootste verhalenschrijvers
uit de Amerikaanse literatuur is Raymond Carver. En Raymond Carver heeft geheel in de stijl
en de traditie een verhaal geschreven over … , jawel, Anton Tsjechov. Die op z’n sterfbed samen met zijn vrouw en de
dokter, een laatste glas champagne drinkt.
Dit verhaal vind je weer in de verhalenbundel ELEPHANT van Raymond
Carver. Een mooie collectie verhalen
die overwegend draaien rond de relatie tussen de getrouwde man en getrouwde
vrouw. De meeste verhalen zijn
geschreven vanuit het standpunt van een mannelijk ik. Die ik-figuur heeft meestal een of meerdere
ex-vrouwen. Soms moet die ik-figuur aan
hen denken, ook al zit hij in een nieuwe relatie. In een extreem geval bezoekt de ik-figuur
zijn ex-vrouw die een onafgebroken klaagzang afsteekt tijdens zijn bezoek en
hem uiteindelijk alles vergeeft als hij neerknielt aan haar voeten en de rand
van haar kleed vastneemt. Onderdanig,
hulpeloos en ook lichtjes dramatisch zo’n houding, maar zo is die ik-figuur ook
in de meeste verhalen: de vrouwen, of de verliefdheid op vrouwen, overvalt hem
en lijdzaam ondergaat hij alles, ook de vervelende trekjes van zijn
partners. Carver suggereert heel
scherp de leegte en zinloosheid van een leven met twee, waardoor de sfeer van
de meeste verhalen eerder naturalistisch is.
Een keer wordt de tragiek van de armoede hilarisch in het titelverhaal
‘Elephant’ als de ik-figuur een telefoontje krijgt van zijn broer die dringend
geld nodig heeft. De goedmoedige ik
toont zich bereid zijn broer financieel te steunen. Maar er is ook zijn moeder die van hem een
maandelijkse toelage krijgt. En zijn
dochter die beslist om samen met haar twee kinderen haar man te verlaten. En er is nog een zoon ook die dreigt met
zelfmoord als hij niet geld krijgt van zijn vader. Kortom, sfeervol, meeslepend en geschreven
in een zeer toegankelijk Engels.
Uit het boek geplukt
p. 109: To take a wife is to
take a history
p. 109: autobiography is the
poor man’s history