dinsdag 28 juni 2016

Fernando Pessoa: De stoïcijn (Heteroniem: Baron van Teive)



Een baron wil zelfmoord plegen maar overdenkt nog eens zijn leven en de verschillende zaken die tot dat besluit geleid hebben.   Of hij wel degelijk zelfmoord pleegt, kunnen we niet achterhalen want Pessoa schreef die tekst drie jaar voor zijn dood in 1926.   Hij werkte de tekst niet af, maar had zelf al het plan opgevat om veel van zijn onuitgegeven werk te vernietigen.   Daardoor valt deze tekst nauw samen met het leven van Pessoa zelf, wordt het misschien de meest autobiografische tekst van de schrijver die zich voortdurend verschool achter talrijke schuilnamen.   Een boek vol levenswijsheden.

Uit het boek geplukt

p. 11 Om uitgesproken en volstrekt moreel te zijn, moet een mens een beetje stupide zijn.
p.12 Ik heb nooit de invloed van de erfelijkheid kunnen onderdrukken en van de opvoeding die ik als kind heb gehad.
p.17 Ik ben altijd een millimetrist van het denken geweest, scrupuleus in de taal die ik beschreef en in de ordening van de gedachten die ik uiteen wilde zetten.
P 18 Haar liefde, die mij nooit duidelijk was geweest zolang ze leefde, werd haarscherp toen ik haar verloor.
p.19 Het leven rationeel leven is onmogelijk.  Het verstand heeft geen regels.
p.26 Het denken echter, machtig als het is, vermag niets tegen de rebellie van de emotie.
p. 28 Het abstracte is voor mij altijd indrukwekkender geweest dan het concrete.
p.32 Onderwijs niets, want je hebt nog alles te leren.
p. 33 Van de twee manieren van genieten deugde ik voor geen van beide – noch voor de kus van het werkelijke, noch voor de streling van het hypothetische.
p. 37 Denken als spiritualisten, handelen als materialisten.  Die leer is helemaal zo gek niet: het is, per slot, de spontane leer van de gehele mensheid.
p. 45 De waardigheid van het verstand ligt hierin dat het erkent dat het beperkt is en dat het universum daarbuiten ligt.
p. 45 Ik erken dat het leven een vrolijk leven is. Ik erken het, staande aan de rand van de kuil die ikzelf ga openen, en ik erken het met de ultieme trots dat ik niet nalaat het te erkennen.

p. 59 De romanticus betrekt alles op zichzelf en is niet in staat objectief te denken.  Wat hem gebeurt, gebeurt het geheel der dingen.  Wanneer hij treurig is, zal de wereld niet alleen verkeerd lijken, maar het ook zijn.