Hoogtevrees
Ze ligt met een landschap van een man
in bed. Hij is enorm en zij
heeft nooit voor bergbeklimmer gestudeerd.
Verkleind tot een verliefde kleuter
klautert ze rond: tong in zijn oor,
spitse vingers in zijn maag, verder omlaag -
ze hoort niets. Een landschap praat niet.
Hooguit gromt het zachtjes, liggend
op de rug, zichzelf, waardig.
in bed. Hij is enorm en zij
heeft nooit voor bergbeklimmer gestudeerd.
Verkleind tot een verliefde kleuter
klautert ze rond: tong in zijn oor,
spitse vingers in zijn maag, verder omlaag -
ze hoort niets. Een landschap praat niet.
Hooguit gromt het zachtjes, liggend
op de rug, zichzelf, waardig.